Torfbroek: een broek vol (orch)ideeën

Begin deze maand stond ik met mijn rugzak, regenjas en wandellaarzen klaar aan de parking van het Torfbroek (einde Visserijlaan te Kampenhout). Met een kleine groep wandelaars trokken we het gebied in. Gids van de dag was Jan Wouters, een wandelende plantengids en een expert in het herkennen van de verschillende soorten grassen en schijngrassen.
Later in de maand was er een tweede wandeling voorzien, waar ik natuurlijk ook graag op aanwezig was. Ditmaal was er meer interesse en werd de grote groep van ongeveer 50 deelnemers verdeeld in 3 kleinere groepen, onder leiding van gidsen Jan, Pieter en Dylan.
Torfbroek is voornamelijk gekend voor haar verscheidenheid aan orchideeën en rietvogels, daarom staat dit gebied  al een tijdje op mijn 
to-walk/to-bird lijstje.
De enige wandeling die je hier kan doen is de bewegwijzerde door het wandelknooppuntnetwerk (104 (parking) -103 - 102 - 105 - 104).

Een zee aan orchideeën
Je kan hier gemakkelijk een tiental soorten orchideeën vinden in de blauwgraslanden. De bosorchis en grote muggenorchis zijn de meest voorkomende soorten in dit gebied. Met hun prachtige bloei brengen ze roze/paarse accenten in het grasland. Een prachtig zicht waar elke beheerder jaloers op wordt.
Het is dankzij de combinatie van natte gronden en de aanwezigheid van zeer kalkrijk grondwater, dat de orchideeën hier rijkelijk aanwezig zijn.
Tijdens beide wandelingen waren ook de minder courante orchideeën zoals bijenorchis, grote keverorchis en moeraswespenorchis te bewonderen. 
Bosorchis
Bosorchis
Grote muggenorchis
Grote muggenorchis
Bijenorchis
Bijenorchis
Grote keverorchis
Grote keverorchis
Moeraswespenorchis
Moeraswespenorchis
Natuurbeheer loont
Midden jaren ’70 kwam dit gebied onder beheer van Natuurpunt en was dit een duidelijke redding van villabouw in de onmiddellijke regio.
Het is dankzij het aangepast graslandbeheer dat het Torfbroek een ideaal gebied werd voor vele bijzondere grassoorten, waaronder zegges (schubzegge, vlozegge, ...) en russen (vooral veel paddenrus).
Het gebied bestaat voor ongeveer een derde uit open water omgeven door (riet)moeras en bossen, wat het weer ideaal maakt voor voor zowel flora als fauna.
Ook is dit rietmoeraslandschap een ideale plek voor veel rietvogels zoals cetti’s zanger, rietgors, bosrietzanger en kleine karekiet. 
Bij aanvang van de wandeling passeren we een recent uitgegraven poel met opvallend helder water. Het bleek een zwaar werk om een oude stortplaats terug om te zetten naar een natuurlijke poel met een mooi eindresultaat. In de poelen groeien opnieuw spontaan kranswiersoorten  en zijn de hoog begroeide oevers weer bevolkt met meerkoeten en waterhoenen.
Als je geluk hebt, kan je hier de schelle roep van een waterral horen. Die opvallende roep is te vergelijken is met die van een gillend varken, maar mispak je niet.
Let vooral op een lang aangehouden "kiep, kiep, kiep".

Het geluid van een waterral, op 0:29 hoor je het geroep dat te vergelijken is met een gillend varken

Weetje: In het gebied loopt momenteel een Europees natuurbeheerproject, genaamd LIFE-project Green Valleys.
Een lage vijver dat vroeger een steenpuin stortplaats was
Een lage vijver dat vroeger een steenpuin stortplaats was
Mannetje beekoeverlibel
Mannetje beekoeverlibel
Blauwe breedscheenjuffer
Blauwe breedscheenjuffer
Vrouwtje beekoeverlibel
Vrouwtje beekoeverlibel
Kiek! Een kiekendief!
Onder begeleiding van onze gids wandelen we de rustzone in en komen we meer in het moerasgedeelte waar op vele plekken de aanwezigheid van opkomend grondwater (kwel) duidelijk zichtbaar is.
Van zodra we het pad door het rietmoeras volgen, ziet onze gids in de verte al een bruine kiekendief (Circus aeruginosus) opvliegen uit het riet. Het is eigenlijk geen verrassing, want het Torfbroek is een ideaal broedbiotoop voor kiekendieven dankzij de aanwezigheid van veel riet.
De Engelstalige benaming van deze soort is dan ook niet voor niets western marsh harrier.
Bruine kiekendieven zijn één van de grootste roofvogels in Vlaanderen, ze zijn iets groter dan een buizerd. Wel zijn ze slanker gebouwd en hebben langere vleugels.
Net zoals buizerds maken zij ook gebruik van zweefvlucht, maar bij hen merk je een ondiepe V in de vleugelhouding.
Het vrouwtje is bruin gekleurd met gele kop, terwijl het mannetje minder contrastrijk gekleurd is.
Hij heeft een grijze kop en grijze vleugels met opvallend zwarte eindpunten.
We maakten rechtsomkeer om het broedgeval van de bruine kiekendief niet te verstoren. 
Aan knooppunt 104 wandelden we in de richting van knooppunt 105, om daar aan de achterkant van de grote moerasvijver andere soorten orchideeën en grassoorten te zien. Daar troffen we tussen de vele bosorchis een bloeiende bijenorchis en een grote keverorchis.
Op de terugweg konden we aan aan de overkant van de poel een zittende roofvogel zien, het vrouwtje bruine kiekendief.
Kortom, dit gebied heeft een grote natuurwaarde en zal vanaf nu ook vaker bezoek krijgen van mij.

Vrouwtje bruine kiekendief houdt de boel in de gaten
Vrouwtje bruine kiekendief houdt de boel in de gaten
Vrouwtje bruine kiekendief tracht zich voor me te verstoppen
Vrouwtje bruine kiekendief tracht zich voor me te verstoppen
Overvliegende vrouwtje bruine kiekendief
Overvliegende vrouwtje bruine kiekendief

Je kan ook volgende artikels lezen

Back to Top